In de negentiende eeuw werd er in Leek een Joods schooltje geopend, waar Joodse kinderen Hebreeuwse les en godsdienstonderwijs kregen. Er bestond destijds een levendige Joodse gemeenschap in Leek. Daar maakte de Tweede Wereldoorlog een einde aan. Maar de verhalen, die blijven bestaan. Museum ‘Het Joodse Schooltje’ zorgt daarvoor.
“Kijk, ze liggen al klaar.” Fenna van der Zwaag, vrijwilliger bij Het Joodse Schooltje in Leek, wijst op een tweetal poëziealbums dat opengeslagen op een schoolbankje ligt. Ze zijn onlangs aan het museum gegeven. In de albums hebben ook de Joodse zusjes Selma en Hertha Denneboom versjes geschreven en kleurrijke plaatjes geplakt. Het was toen maart 1940.
Een eindje verderop, in een vitrinekast, staat een foto van de familie Denneboom. Het is twee jaar later, een zonnige voorjaarsdag in 1942. Selma en Hertha lachen vrolijk, maar hun ouders, oudere zus, zwager en opa kijken weifelend in de camera. Opa heeft een ster op zijn jas. Het zou de laatste familiefoto zijn. Niet veel later moesten Selma, Hertha en hun moeder Eva onderduiken. Zo wisten ze de oorlog te overleven. De andere familieleden op de foto werden afgevoerd en omgebracht – vader Herman, zus Ducie, opa Hartog en zwager Leo.
De Joodse gemeenschap in Leek
Het verhaal van de familie Denneboom is één van de verhalen die in Het Joodse Schooltje verteld worden. Fenna van der Zwaag weet dat Leek in de jaren vóór de Tweede Wereldoorlog nog zo’n negentig Joodse inwoners kende. “De meeste Joodse families woonden al generatieslang in het dorp en maakten een belangrijk onderdeel uit van het dorpsleven. Zo had de familie Denneboom een drukbezochte manufacturenwinkel en was de slagerij van de familie Van Dam in de wijde omgeving bekend. Maar ook de voorzitter van de ijsvereniging en de lokale dansleraar waren Joods, bijvoorbeeld.”
Al aan het begin van de achttiende eeuw werd er melding gemaakt van een Joodse inwoner Leek: hij werd -ten onrechte- beschuldigd iemand op het hoofd te hebben geslagen met een schep. Het was de veeteelt in het Westerkwartier die de eerste Leekster Joden aantrok; zij waren voornamelijk veehandelaren, slagers en kooplieden. In de eeuwen daarop groeide de Joodse gemeenschap gestaag, zegt Fenna. “De synagoge van Leek opende in 1809, en er werd een Joodse begraafplaats aan de Diepswal in gebruik genomen. Bovendien werd halverwege de negentiende eeuw een Joodse school geopend. Hier kregen Joodse kinderen godsdienstonderwijs en leerden ze de Hebreeuwse taal.”
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden in Leek bijna alle Joodse inwoners opgepakt en weggevoerd. In juli en november 1942 werden ze naar Westerbork gebracht, waarna ze afgevoerd werden naar Auschwitz. Slechts één keerde terug, de andere 61 werd vermoord. Het jongste slachtoffer was de één jaar oude Izak Levij, het oudste de 86-jarige Mozes Cohen.
Het Joodse Schooltje
Uiteindelijk werd het synagogegebouw in 1978 afgebroken. Het gebouwtje van de Joodse school werd inmiddels als schuur gebruikt, maar moest halverwege de jaren negentig wijken voor de aanleg van een fietspad. Gelukkig werd besloten om een replica van het gebouw te bouwen. Het Joodse Schooltje kreeg de functie van educatief museum én monument ter nagedachtenis aan de vermoorde Joodse inwoners van Leek. De Samuel Levie Stichting is verantwoordelijk voor het beheer van dit museum. De stichting is genoemd naar Samuel Levie, vóór de oorlog een geliefd Joods gemeenteraadslid van Leek. Toen hij werd afgevoerd, zag hij kans om een briefje uit de trein te gooien met de tekst ‘Wij zijn op weg naar het onbekende Oosten’.
Fenna van der Zwaag is één van de enthousiaste vrijwilligers van Het Joodse Schooltje. “Al 20 jaar,” vult ze aan, terwijl ze ons een kop thee inschenkt. Buiten kletteren de hagelstenen naar beneden. “Veel van de objecten in de collectie worden aan ons geschonken. Dan staat er weer iemand voor de deur met een kandelaar, of een bijzonder boek. We willen alles laten zien. Overal zit een verhaal aan.” Ik bekijk foto’s, keppeltjes en persoonsbewijzen. Maar ook een Torah Rol, een verschoten Nederlandse vlag die ooit aan Samuel Levie toebehoorde, en de medailles van een Joodse dansleraar uit Leek. Daarnaast staat Het Joodse Schooltje vol boeken. Over de oorlog, over het Jodendom en over de Joodse gemeenschap. “We zijn een bibliotheek. Je mag de boeken gratis lenen,” vertelt Fenna.
Sidoer
Er is meer dan genoeg te zien, te lezen en te bewonderen. Ik vraag of Fenna van der Zwaag me een object aan kan wijzen met een verhaal dat veel indruk op haar heeft gemaakt. Ze pakt een oud, onlangs gerestaureerd boek. “Het is een sidoer, een Joods gebedenboek. Het was gebruikelijk om voorin de namen van overleden familieleden te schrijven. Je ziet het: een lange lijst handgeschreven namen, bijna allemaal in 1942 omgekomen. Het is de familie van Selma en Hertha Denneboom, die we net al in het poëzieboekje en op de foto tegenkwamen. Deze sidoer is van hun moeder Eva geweest. Na de oorlog zijn ze naar Israël verhuisd. De zusjes Denneboom leven nog en zijn zelfs een paar keer bij ons op bezoek geweest. Terug in Leek.”
I.v.m. de coronamaatregelen is Het Joodse Schooltje voorlopig gesloten. Normaalgesproken is het museum geopend op dinsdag t/m vrijdag van 14.00-16.30 uur. Entree is gratis, maar je kunt natuurlijk wel een vrijwillige donatie doen. Meer informatie: https://www.museumjoodseschooltje.nl/.
Met dank aan Fenna van der Zwaag.