Soms heb je van die verhalen waarvan je niet kan geloven dat je die nog niet kende. Omdat het een waanzinnig tof verhaal is, en omdat het zo dichtbij je huis heeft afgespeeld. Het gebeurde mij afgelopen zomer.
Ik fietste toevallig door het dorpje Jipsinghuizen, toen mijn oog op een bijzonder monument viel. Tot mijn verbazing stond ik op het Bisschopskerkhof: daar onder de grond zouden namelijk 300 soldaten van de bisschop van Münster moeten liggen.
Bommen Berend
Terug naar de zeventiende eeuw. Jipsinghuizen lag op een zandrug in het uitgestrekte, donkere en gevaarlijke Bourtangermoeras. Aan de andere kant van het moeras lag destijds namelijk het prinsbisdom Münster. Met behulp van de Engelsen wist prins-bisschop Bernard von Galen, in Nederland bekend als Bommen Berend, het noordoosten van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden tot twee keer aan te vallen: in 1665 en in het Rampjaar 1672. Beide aanvallen liepen stuk in de provincie Groningen: de eerste in Jipsinghuizen en Winschoten, de tweede in de stad Groningen.
Die laatste aanval kennen we goed: elk jaar op 28 augustus viert de stad Groningen dat het Bommen Berend niet gelukt is om Groningen in te nemen. Dat is het Groningens Ontzet van 1672. Maar wat ik tot voor kort niet wist, is dat de bisschop van Münster het noordoosten van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden dus al eens eerder had geprobeerd in te nemen – in 1665. Zijn aanval strandde destijds echter in Jipsinghuizen.
Willem, de koelbloedige koster van Vriescheloo
De troepen van Bommen Berend wisten het uitgestrekte Bourtangermoeras over te steken door zelf een drijvende weg van bomen, palen en schuurdeuren te maken. De troepen verbleven tijdelijk in kampementen in Winschoten en op de Spinberg bij Jipsinghuizen. Daar was ene Willem Maartensz, koster van Vriescheloo, het niet mee eens. Hij bedacht een plannetje en ging op weg naar Jipsinghuizen.
Het was 26 september 1665. Vermomd als boer bood hij een op wacht staande soldaat iets te roken aan. De schildwacht zag daar geen gevaar in en stopte het tabak in zijn pijp. Op dat moment van onoplettendheid sneed Willem hem snel zijn keel door. Na deze ijskoude actie blies Willem het Wilhelmus op zijn hoorn. Dit was het signaal voor een verrassingsaanval van een legertje van garnizoenssoldaten uit Winschoten.
Verrassingsaanval
Vergeleken met de ruim duizend manschappen van Münster stelde Willem’s ‘gelegenheidsleger’ maar weinig voor. Willem blies echter zó hard op zijn hoorn dat de Münsterse soldaten dachten dat zij omsingeld werden door een heel regiment. Omdat Willem en zijn kompanen de drijvende weg in brand gestoken had, vluchtten de troepen het moeras in en verdronken. Intussen werden de Münsterse troepen die gelegerd waren in Winschoten omsingeld en uitgehongerd. De bisschop van Münster was gedwongen een eind te maken aan deze veldtocht en in te stemmen met een vredesverdrag.
Als dank voor zijn heldhaftigheid kreeg Willem een stuk land met een herberg ten noorden van de vesting. Volgens de overlevering werden de 300 doden van de ‘Slag om Jipsinghuizen’ in een massagraf begraven. Deze plek staat bekend als het Bisschopskerkhof. Er staat nu een herdenkingsmonument.
– Dit verhaal maakt onderdeel uit van het fietsrouteboekje ‘Verhalen over Veen en Verdediging’ die hier te bestellen is.
© Sanne Meijer, 2019