Op 29 november is het Sint Pannekoek: een nieuwe feestdag die al op veel plekken in Nederland gevierd wordt. Wat mij betreft dé dag om eens een Grunneger Pankouk te bakken!
Sint Pannekoek is een van oorsprong Rotterdamse traditie, maar wordt inmiddels door het hele land gevierd. De meeste mensen vieren Sint Pannekoek door een flinke stapel pannenkoeken te eten, maar als je het écht goed wil doen, dan leg je een pannenkoek op je hoofd en zeg je tegen je tafelgenoten: ‘Wij wensen u een vrolijke en gezegende Sint Pannekoek!’ De traditie is afkomstig uit de bekende strip Jan, Jans en de kinderen van Jan Kruis en wordt voor het eerst genoemd in 1986.
De pannenkoeken van Occa Ripperda
Sint Pannekoek lijkt me de perfecte dag om eens een Grunneger Pankouk te bakken. Want ja, er bestaat zoiets als een Groninger pannenkoek. Het gerecht wordt in meerdere oude boeken, tijdschriften en kranten genoemd, maar ook op moderne kookwebsites zie je ’m af en toe voorbijkomen. Misschien wel de oudste vermelding van de Groninger pannenkoek is die in het zeventiende-eeuwse kookboek van Occa Ripperda (1619-1686) uit Farmsum. Dit is het recept voor haar ‘Groninger pfanneküchen zu. Backen’:
Neem een pond fijn tarwemeel, een kwart schoon gewassen krenten, fijngestoten kaneel, gemengd in zoete room en daarbij verse gesmolten boter. Deze moet niet stevig gemengd zijn, opdat de pannenkoeken zo dun mogelijk en tamelijk vet gebakken kunnen worden. Hierbij moeten vijf eieren.[1]
Verschillende recepten
Het recept voor Groninger pannenkoeken niet overal hetzelfde. Bij de één wordt er kaneel toegevoegd, bij de ander room in plaats van melk. Het grootste twistpunt lijkt het al dan niet toevoegen van gist te zijn. Volgens sommige bronnen maak je de Groninger pannenkoek met een gistbeslag. Dat wijkt natuurlijk best af van een ‘gewoon’ pannenkoekenbeslag. Hoe dan ook, een gemene deler is er ook: krenten. In alle recepten worden krenten aan het beslag toegevoegd.
Voor mijn recept heb ik elementen van al die verschillende recepten gecombineerd. Ik koos voor een gistbeslag (want daar was ik toch wel benieuwd naar), met krenten en kaneel. Ik maakte het beslag met melk, want een liter slagroom vond ik toch een beetje teveel van het goede haha. Je vindt het recept onderaan deze pagina.
Het wachten waard
Omdat het beslag moet rijzen, zijn deze pannenkoeken minder geschikt als je snel-snel iets op tafel wilt zetten. Je kunt het beslag natuurlijk wel van tevoren maken, want het bakken gaat heel snel. Voor mijn gevoel ging het bakken in ieder geval sneller dan bij ‘gewone’ pannenkoeken. Tijdens het bakken zie je op de pannenkoek tal van luchtbelletjes verschijnen: dat is het werk van de gist. Als de bovenkant niet langer vloeibaar is, kun je de pannenkoek draaien.
Je eet de pannenkoeken met bijvoorbeeld bruine suiker, stroop of poedersuiker. Zelf vind ik kaneelsuiker het allerlekkerst, omdat er ook kaneel in de pannenkoek zit. Eerlijk is eerlijk, ik was wel een beetje huiverig voor de krenten – maar door de warmte werden die juist zacht en zoet. Ik vond de gist een heel goede toevoeging, want hierdoor werden de pannenkoeken luchtig en tegelijkertijd toch ook heel vullend. Heerlijk!
En nu… bakken maar!
Recept voor Sanne’s Grunneger Pankouken
Ingrediënten voor 4 stevige pannenkoeken
- 150 ml halfvolle melk
- Half zakje droge gist (zakje à 7g)
- 150 g bloem
- 1 tl zout
- 1 tl kaneel
- 1 ei
- 50 g krenten
- 1 el kristalsuiker
- roomboter
Bereiding
- Verwarm de melk in een pannetje tot het lauwwarm is. Doe ongeveer 50 ml van het lauwwarme melk in een kommetje en strooi de gist erbij. Roer even door en laat staan.
- Roer de bloem, zout en het kaneel door elkaar in een beslagkom. Maak een kuiltje in het midden en giet daar het melk-gistmengsel in. Klop het ei los en doe erbij. Meng het met een garde.
- Voeg al roerende steeds een beetje meer lauwwarme melk toe, zodat het beslag vloeibaarder wordt. Roer als laatste de krenten en het suiker erdoor.
- Dek de beslagkom af met plasticfolie en laat het beslag minstens een uur op een warme plek rijzen (in mijn geval op de vloer in de bijkeuken haha).
- Schrik niet! Na een uur zal het beslag in volume verdubbeld zijn. Roer het even door. Het beslag kan wat luchtig en zelfs ‘schuimig’ aanvoelen. Verhit een beetje roomboter in de pan en giet er een flinke lepel beslag in. Zodra de bovenkant droog is en er bubbeltjes zijn ontstaan, kun je de pannenkoek omdraaien. De pannenkoek is klaar als deze gaar is en aan beide kanten mooi lichtbruin gebakken.
Eet smakelijk!
Bronnen
[1] Recept bij de lezing Koken met Occa Ripperda door Redmer Alma op 17 maart 2021 in de Groninger Archieven. Klik hier.
© Sanne Meijer, 2021