Hieronder is het volledige interview met Arie Jan de Jong en Nicole Boschman te lezen. Een gedeelte van het interview is gebruikt voor mijn speciale kerstblog ‘Op bezoek in Bethlehem’.
Het is een mistige ochtend in Bethlehem. Ik word hartelijk ontvangen door Arie Jan de Jong en Nicole Boschman op hun schitterende boerderij, die ook de naam Bethlehem draagt. We drinken een kopje koffie in de keuken, bij een knisperende kachel. Ze wonen hier graag, vertelt Nicole. “De rust, ik vind het heerlijk. De drukte kun je opzoeken, en als je het dan zat bent, kun je gewoon weer naar huis. Andersom is dat moeilijker.”
Arie Jan weet veel van de geschiedenis van de wierde van Bethlehem. “Na de vernielingen en verwoestingen van 1587 viel Bethlehem toe aan de provincie. Die stichtte twee boerenplaatsen op de wierde. Onze huidige boerderij stamt uit 1880, en één van de twee schuren zelfs uit 1801.” Enkele jaren terug hebben Arie Jan en Nicole het woonhuis grondig verbouwd. “Alles was nog in de seventies stijl,” lacht Nicole. Ik krijg een rondleiding door het woonhuis en door de stallen. Veel van het interieur is in oude staat hersteld. Ik bewonder het pleisterwerk aan het plafond, de indrukwekkende voordeur die alleen voor rouwen en trouwen gebruikt dient te worden en de kunstige vensterbanken en versierde luiken die de immense ramen omkaderen.
Veel is er niet meer te vinden van de kloosterboerderij waar de nonnen ooit woonden. Als je goed zoekt, vind je soms nog kloostermoppen. In de stal staan nog wel wat balken die uit de tijd van het klooster komen. De meest zichtbare overblijfselen uit die tijd zijn de wierde zelf, en de omringende gracht. Als er overblijfselen zijn, liggen die onder de bebouwing. “Het huis zelf is trouwens gebouwd op de overgebleven kloostermoppen,” vertelt Arie Jan. “Er is geen fundering. Toch is het huis redelijk aardbevingsbestending. We hebben wel wat schade, maar het valt mee.”
De wierde heeft dus eeuwenlang uit die twee boerenplaatsen bestaan – tot voor kort. Een aantal jaren terug wilden de buren van Arie Jan en Nicole een nieuw huis bouwen. Het nieuwe huis is heel modern geworden en valt daarmee erg uit de toon op de historische wierde. “Maar dat is tot zover. De echte ellende moest nog beginnen. De desbetreffende buren zijn vlak na de bouw van het huis weer verhuisd. Het nieuwgebouwde huis is toen door één boer gekocht, en het omliggende land door een ander.” Zodoende werd de wierde ineens opgedeeld in meerdere stukjes grond, die gekocht werden door mensen zonder connectie tot Bethlehem. “De boer die het huis had gekocht ging er namelijk zelf niet wonen. Het wordt tijdelijk verhuurd aan mensen wiens eigen huis aardbevingsschade heeft. Heel aardige buren zijn het, maar die gaan met een aantal maanden ook weer weg.”
Het oude huis is trouwens nooit geruimd en stort van ellende bijna ineen. Dat is nog een doorn in het oog van Arie Jan en Nicole. “Vanochtend lag er ineens een brief van de gemeente Eemsmond in de bus. Of we wel wisten dat we in een karakteristieke woning op een historische plek woonden, en of we dat wel willen handhaven. Nou, dan komt de stoom me toch even uit de oren,” vertelt Arie Jan. “We hebben Bethlehem altijd zo goed mogelijk geprobeerd te onderhouden. Zo hebben we altijd de gracht weten te behouden, hoewel die misschien niet altijd even praktisch is. Desalniettemin erkennen we de waarde van de gracht, van de boerderij, van de wierde in het algemeen. We zijn trots op deze plek. Ondertussen laat de gemeente er een modern en bijna Duits-aandoend huis bouwen, wil zij het bouwval hierachter noch onderhouden noch slopen en heeft ze de wierde in meerdere stukken land opgedeeld.” Alsof er een streep door eeuwen traditie en geschiedenis is gezet. “Er is gewoon totaal niet over nagedacht. Zo zonde.”
Arie Jan en Nicole zijn erg gehecht aan Bethlehem. “Omdat we op deze wierde wonen, maken we af en toe toch heel bijzondere dingen mee. Zo speelde Bethlehem een rol in de roman Begeerte heeft ons aangeraakt van Bert Natter. Daar is later een theaterstuk van gemaakt, dat we in Amsterdam hebben gezien.” En twee jaar terug vond er in Groningen een internationaal symposium plaats over de ster van Bethlehem. “Toen kregen we een theoloog en een astronoom op bezoek, die foto’s wilden maken op de wierde,” lacht Nicole. Arie Jan vertelt dat hij een keer is geïnterviewd door het Britse dagblad the Independent, die een item maakte over alle 23 Bethlehem’s ter wereld (waarvan de meeste plaatsen trouwens in de Verenigde Staten liggen).
Ook al ligt Bethlehem aan een doodlopend weggetje, er komen jaarlijks vele wandelaars en hardlopers aan de boerderij voorbij. De wierde maakt namelijk deel uit van verschillende wandeltochten en doet ook dienst als post voor hardloopwedstrijden. “Wat ik altijd erg bijzonder vind, is de 100 Mijl van St. Annen,” vertelt Nicole. Tijdens de 100 Mijl van St. Annen rent een aantal uitgenodigde, ervaren deelnemers maar liefst 164 kilometer door het Groningerland. In juni 2016 was het thema ‘Op Bedevoart noar Bethlehem.’ De boerderij van Arie Jan en Nicole was de laatste stop voor de finish in St. Annen. “Er was nog een handjevol hardlopers over die op verschillende tijdstippen gedurende de nacht langskwamen. Dat was zo bijzonder. In het donker zie je hier niets, en dan hoorde je opeens in de verte het zachte gedreun van aankomende hardlopende voeten.” Nicole was de hele nacht wakker om deze mensen te voorzien van een cola en een peptalk.
En hoe zit het met Bethlehem in de kersttijd? “Een aantal jaren terug maakte RTV Noord opnames in de stal. Het was begin december en er lag sneeuw. Op de grote kastanjebomen lag een verse laag rijp. Het zag er feeëriek uit,” herinnert Nicole zich. Traditiegetrouw komt een aantal dorpelingen op de Tweede Kerstdag vanuit Rottum naar Bethlehem gewandeld. Nicole versiert het weggetje dan met waxinelichtjes die ze in lege groentepotjes doet. In de stal liggen strobalen waarop men gezellig kan gaan zitten en er brandt een vuur. “We drinken glühwein en chocomelk in de stal. Daarna krijgt iedereen fakkel en wandelt in optocht terug naar Rottum, om daar naar de kerk te gaan. We doen dit nu een jaar of tien. De eerste keer waren er ongeveer acht mensen, nu rond de veertig.” Dat is best veel, op een dorp met honderd inwoners. “Glühwein drinken in de stal stelt misschien niet heel veel voor,” zegt Nicole, “maar mensen vinden het toch erg leuk om met kerst in Bethlehem geweest te zijn.”
Met speciale dank aan Arie Jan de Jong en Nicole Boschman voor hun gastvrijheid.